
De hoeve van Barend Mul en zijn vrouw Tineke wordt drukbezocht. Sonneclaer is naast een biologisch melkveebedrijf en ijsmakerij ook nog eens een kampeerboerderij en op een zonnige dag als deze doen fietsers uit de omgeving de hoeve graag aan. Niet in de laatste plaats om een lekker ijsje te halen. Bij het naar binnen lopen van de hoeve wordt meteen duidelijk dat het aanbod aan particulieren redelijk bescheiden is: naast enkele vrieskisten staat er een enkele schepijsvitrine. Maar in die vitrine is er wel een aantal bijzondere smaken te vinden. Vandaag zijn dat onder meer vlaflip en boerenmeisjes. Maar de echte verkoop van ijs zit hem in die aan restaurants, ijssalons en theehuizen, vertelt Barend: “In eerste instantie bleef de verkoop aan restaurants wat hangen. Vaak dachten die zoiets als ‘moeten we nou wel ijs van een boerderij kopen?’ Sommigen zagen het natuurlijke en pure van een boerderij wel, maar veel anderen hadden dat niet. Ik vond het moeilijk om daartussen te komen, maar we vonden toch zo’n 15 restaurants om aan te leveren.” Dat groeide in de jaren erop uit naar ongeveer 25 restaurants.